Vitiligo is een onschuldige, maar esthetisch vervelende aandoening waarbij zowel de huid als het haar pigment verliezen, resulterend in witte plekken waar alle pigment is verdwenen. Deze plekken vertonen een scherpe begrenzing met de normale huid en kunnen variëren in grootte en vorm, met vaak een donkerdere rand aan de omringende huid. Ze worden vaak aangetroffen rond lichaamsopeningen, in lichaamsplooien, op drukplaatsen, handen, voeten, en in het gezicht. Haar dat groeit op deze plekken is doorgaans wit.

Naast het esthetische aspect kunnen deze plekken gemakkelijk verbranden door blootstelling aan de zon, vanwege het ontbreken van beschermend pigment. Het is daarom belangrijk dat mensen met vitiligo de aangetaste huid extra beschermen tegen de zon met kleding of zonnebrandmiddelen.

Vitiligo kenmerkt zich door het selectieve verlies van functionele melanocyten, wat resulteert in de onvermogen van deze cellen om melanine te produceren. Dit uit zich in melkwitte vlekken op de huid. De aandoening wordt geclassificeerd als een auto-immuunziekte.

Oorzaken
Wat de oorzaken betreft, blijft het precieze mechanisme achter vitiligo grotendeels onbekend. Verschillende theorieën worden overwogen, waaronder stress, auto-immuunreacties, genetische factoren, schade aan melanocyten door stoffen die nodig zijn voor melanineproductie, virussen en neurogene factoren die de functie van het zenuwstelsel beïnvloeden.

Een van de onderliggende oorzaken van vitiligo is mitochondriale dysfunctie in melanocyten en andere huidcellen. Deze disfunctie leidt tot een overproductie van vrije zuurstofradicalen, wat resulteert in schade aan de cellen en verlies van functie. Een mogelijke trigger voor deze mitochondriale disfunctie is de aanwezigheid van virussen, zoals Herpes zoster of CMV (cytomegalie virus).

Een belangrijke theorie suggereert een auto-immuunoorzaak, waarbij het afweersysteem pigmentcellen aanvalt, wat leidt tot vernietiging ervan. Dit wordt ondersteund door de aanwezigheid van specifieke antilichamen tegen menselijke melanocyten.

Melanineproductie en Hypothesen
Melanine wordt geproduceerd door melanocyten in een complex proces dat veel energie vereist en gepaard gaat met de productie van vrije zuurstofradicalen. De oxidatieve stress en virale hypothese suggereren dat mitochondriale dysfunctie leidt tot oxidatieve schade en toxiciteit, resulterend in de afgifte van beschadigde deeltjes naar het immuunsysteem. Dit leidt tot de vernietiging van melanocyten door het immuunsysteem en de ontwikkeling van antilichamen tegen melanocytencomponenten of virussen die mogelijk de oorzaak waren van de disfunctie.

Verbanden met Auto immuunziekten
De aanval op melanocyten door het immuunsysteem kan ook leiden tot de ontwikkeling van auto-immuunziekten, zoals Hashimoto’s thyreoïditis, waarbij het immuunsysteem antilichamen produceert tegen schildklierreceptoren. Dit illustreert het verband tussen vitiligo en andere auto-immuunziekten en de gedeelde pathofysiologische mechanismen.

Problemen kunnen ontstaan wanneer alle energie wordt opgeëist door een van de belangrijkste organen in het lichaam, de zogenaamde ‘big three’: het brein, de spieren en het immuunsysteem. Normaal gesproken wordt de beschikbare glucose gelijkmatig verdeeld over deze organen, maar in bepaalde situaties kan er een tekort aan glucose ontstaan. In reactie hierop hebben de big three het vermogen om andere organen en systemen te ‘blokkeren’, zodat er meer glucose beschikbaar komt voor de hersenen en het immuunsysteem, die op dat moment onder stress staan. Bij topsporters komt daar ook nog de behoefte van de spieren aan energie bij. Dit kan leiden tot een verhoogde activiteit van reverse T3 (rT3) in minder essentiële organen, wat hun aerobe energieproductie belemmert.

Stress, zowel fysiek als psychologisch, kan een grote rol spelen in dit proces. Wanneer de hersenen overbelast zijn, kunnen ze tijdelijk de toevoer van energie naar de huid verminderen. Bij ziekte, zoals bij een infectie of griep, wordt alle beschikbare glucose naar de immuuncellen geleid, waarbij andere functies worden beperkt. In de westerse bevolking zijn hersenen en het immuunsysteem vaak chronisch laaggradig ontstoken, wat betekent dat immuuncellen voortdurend actief zijn en veel energie verbruiken. De huid heeft actief schildklierhormoon nodig om zijn functies uit te voeren, maar bij chronische stress en ontsteking kan het hormoon T4 niet meer worden omgezet in actief T3 in de huid. Dit kan leiden tot een verminderde activiteit van huidcellen, aangezien rT3 de cellen in een staat van inactiviteit brengt om de beschikbare energie elders te gebruiken.
Bij stress is er veel adrenaline nodig. Dit wordt gehaald en aangemaakt uit de bouwstof tyrosine. Dat betekent dat deze op gaat aan de ‘adrenaline route’.  Echter, tyrosine is ook een voorloopstof voor melanine. Dus hier komt de melanine productie in de problemen.

In essentie komen huidproblemen vaak voort uit een combinatie van factoren, waaronder een gebrek aan bouwstoffen en cofactoren in het dieet, en situaties waarin de huid geen prioriteit heeft bij de toewijzing van energie. Deze problemen kunnen worden gezien als een gevolg van stress, laaggradige ontsteking (LGI) of voedingsdeficiënties.

Virale Theorie en Oxidatieve Stress
Een hypothese die aandacht verdient in het begrijpen van vitiligo is de veronderstelling van virale betrokkenheid en oxidatieve stress. Deze theorie stelt dat mitochondriale disfunctie in melanocyten mogelijk wordt veroorzaakt door een virus. Dit leidt tot oxidatieve schade en toxiciteit in de betreffende cellen.

Als reactie op deze schade stuurt de melanocyt exosomen uit, die de aangetaste deeltjes, waaronder mitochondriaal beschadigd DNA, naar het immuunsysteem overbrengen. Het immuunsysteem reageert hierop door de melanocyten te vernietigen en tegelijkertijd een immunologisch geheugen te creëren, waarbij antilichamen worden geproduceerd tegen componenten van de melanocyt of mogelijk tegen het virus dat de oorzaak was van de disfunctie.

De aanwezigheid van beschadigd DNA fungeert als een krachtige trigger voor het immuunsysteem, wat resulteert in de productie van antilichamen tegen verschillende componenten, met een voorkeur voor het virus dat mogelijk betrokken was bij de initiële disfunctie.

Individuen met een overvloed aan receptoren voor schildklierhormonen in hun huid lopen het risico dat het immuunsysteem ook de schildklier aanvalt, resulterend in aandoeningen zoals Hashimoto’s thyreoïditis. Deze cascade van auto-immuunreacties begint bij de mitochondriën in de huid, waar de schade zich ophoopt en verder verspreidt naar andere delen van het lichaam.

Deze overmatige vraag aan het immuunsysteem, veroorzaakt door virale betrokkenheid en mitochondriale disfunctie, kan resulteren in ernstige schade aan verschillende weefsels. Het vermogen van virussen om de membranen van mitochondriën te gebruiken om te prolifereren, versterkt de schadelijke impact en vergroot de belasting van het immuunsysteem.Bovenkant formulier

Predisponerende Factoren
Verschillende predisponerende factoren kunnen het risico op het ontwikkelen van vitiligo verhogen, waaronder genetische aanleg, fysiek hoofdtrauma, stofwisselingsstoornissen zoals diabetes, bijnier of schilklierdysfunctie, en tekorten aan voedingsstoffen zoals vitamine B12 en foliumzuur, calcium, magnesium en omega 3 vetzuren.

Conclusie
In essentie is vitiligo een complexe aandoening met verschillende mogelijke oorzaken en behandelingsbenaderingen, waarbij een holistische aanpak gericht op voeding, voedingssupplementen en mogelijke triggers zoals stress van vitaal belang is voor effectieve behandeling en management.

Orthomoleculaire benaderingen voor de behandeling van vitiligo benadrukken het belang van voedingsstoffen zoals vitaminen en mineralen, evenals co-factoren die nodig zijn voor een gezonde huidfunctie. Voedingsinterventies gericht op het optimaliseren van deze voedingsstoffen kunnen gunstig zijn, vooral gezien de rol van oxidatieve stress bij melanocytenverlies.

Verdere behandelingsopties omvatten fytotherapie en het aanvullen van micronutriënten die we omwille van wetgeving niet op deze pagina kunnen laten zien. Combinatie met UV-lichttherapie kan helpen bij het herstellen van de pigmentatie.