Veel vrouwen hebben last van recidiverende vaginale candida-infecties en lijden onder verminderde weerstand en een (chronisch) verstoord vaginaal milieu. Een ongunstige darmflora kan hierbij ook een rol spelen.

Behalve candida-infecties komen ook vaak bacteriële vaginoses voor die, indien gediagnosticeerd, aanleiding kunnen geven tot interventies met antibiotica. Deze kunnen uiteindelijk weer leiden tot een verslechtering van het vaginale milieu. Bovendien is er in toenemende mate sprake van antibiotica-resistentie, waardoor er sterke behoefte is aan zowel profilactische als alternatieve en adjuvante interventies die via natuurlijke mechanismen werken en geen resistentie veroorzaken.

Postmenopauzale vrouwen zijn daarbij extra kwetsbaar omdat door een daling van de oestrogenen het aantal lactobacillen in de vagina afneemt.

Bacteriele vaginose
Meerdere studies tonen aan dat vaginale ovules van Lactobacillus acidophilus effectief zijn tegen bacteriële vaginose.Bacteriële vaginose kan leiden tot opstijgende infecties aan de inwendige vrouwelijke geslachtsorganen. Deze verstoring van de vaginale flora kan bij een zwangerschap zelfs de kans op een miskraam vergroten. Lactobacillen horen in de urogenitale regio van de vrouw te domineren. Zij kunnen, indien ze in voldoende aantallen voorkomen, ziektekiemen verdringen van de slijmvliezen en produceren daarbij onder andere melkzuur, waterstofperoxide en diverse natuurlijke antibiotische substanties. Via deze weg kunnen ze ook beschermen tegen uropathogene micro-organismen en schimmelinfecties, zoals candidiasis.

Daarbij lijkt een verhoogde vaginale pH een belangrijke indicator voor een afwijkend vaginaal milieu te zijn, hetgeen de mogelijkheid biedt om met behulp van vaginale probiotica de pH weer tot een optimaal niveau te verlagen (zuurder te maken). Het is ook gebleken dat bij vrouwen met een vaginose aanzienlijk minder waterstofperoxide produceren.