Ben jij verslaafd aan exorfinen uit brood en zuivel?
Ons brein beloont ons om te eten. Maar hoe bepaalt het brein eigenlijk wat we lekker vinden? Daarbij speelt het dopaminerge beloningssysteem een belangrijke rol. Graan speelt daar handig op in, met exorfinen. Gunstig voor graan, maar een stuk minder gunstig voor ons.
“Heeft de mens graan gedomesticeerd, of is het in werkelijkheid andersom?” – David Attenborough
Geen enkele andere plantensoort heeft zijn habitat de afgelopen tienduizend jaar zo weten uit te breiden als graan. Van wild plantje in de Vruchtbare Halvemaan, is het uitgegroeid tot één van de belangrijkste voedselgewassen ter wereld.
Hoe graan onze hersenen beetneemt
Gluten heeft veel nadelige effecten op de lichamelijke en psychische gezondheid. En dat geldt niet alleen voor wie een prikkelbare darm of coeliakie heeft. Het komt in velerlei verschijningen voor bij mensen, vaak zonder dat we het weten.
Maar hoe kan een populair voedselgewas eigenlijk zó slecht voor ons zijn?
Gliadine in graan maakt de darm permeabel. Wanneer we graan bovendien niet goed afbreken in onze darmen ontstaan er veel exorfinen. Dit gebeurt ook wanneer bepaalde enzymen verminderd aanwezig zijn.
Wat zijn exorfinen?
Exorfinen zijn korte peptiden die behoren tot de morfineachtige stoffen en die erg lijken op endorfinen. Ze hebben een opiaat achtige werking. Deze lichaamseigen stoffen veroorzaken een milde vorm van euforie, bijvoorbeeld om ons te belonen voor een geleverde inspanning.
Door de overmaat worden bij een groot aantal mensen deze exorfinen niet meer goed afgebroken in de darm. Ze worden normaliter keurig afgebroken door een enzym, net als alle andere voedingsstoffen die we eten. Het enzym voor de exorfinen heet het DDP-IV enzym. Als exorfinen niet goed worden afgebroken (of je beschikt niet over het enzym om ze af te breken) dan beschadigen ze onze darmslijmvliezen. Deze kunnen hierdoor permeabel worden (de zogenaamde ‘lekke darm’ ) en vervolgens niet goed afgebroken exorfinen doorlaten naar de bloedbaan. Zo belanden ze ook in ons brein waar deze stoffen ´aandokken´ op plekken waar normaliter endorfines zitten.
Endorfines zijn stofjes waar we ons blij, vrolijk en energiek door voelen omdat ze voor meer dopamine en serotonine zorgen. Exorfinen verlagen uiteindelijk echter het niveau van onze neurotransmitters serotonine en dopamine, maar verstoren ook de werking van insuline en het stresshormoon cortisol.
Dopamine en serotonine doen meer dan alleen onze stemming regelen: ze zorgen ook voor weerstand tegen ontstekingen, ziekten, stress en allergieën. Als er echter op de (hiervoor bedoelde plek in ons brein) exorfinen zitten in plaats van endorfinen dan ervaren we dat prettige gevoel niet. Tijdelijk wel, omdat de exorfinen uit melk, graan en soja een ‘drugsachtige werking’ zoals opiaten hebben. We kunnen ons dus heel even happy voelen door melk, graan of soja te eten.
Het heerlijke gevoel blijft echter maar kort zodat we veelal compenseren door meer voeding met een ´verslavende´ werking te eten: chocola, suikers, koffie of nog meer zin in brood, zuivel of soja. Zo creëren we toch steeds een (tijdelijk) genot. We moeten echter steeds vaker en steeds meer van deze genotsmiddelen eten om het ‘geluksgevoel’ te krijgen.
Sommige exorfinen hebben een wel tien keer zo sterke werking als morfine. Daarom is ‘afkicken’ van melk, brood en soja voor de meeste mensen in eerste instantie geen pretje omdat ze de afkickverschijnselen ervaren die ook het afkicken van suiker, koffie, roken of drugs met zich mee brengen.
Euforie zonder inspanning
Graan weet ons evolutionaire beloningsmechanisme als geen ander te bespelen. Via de permeabele darm die het heeft helpen creëren, komen exorfinen dus in onze hersenen terecht. Daar nemen ze de rol van onze endorfinen over. (Feitelijk gaan de exorfinen op de receptoren zitten van onze neurotransmitters waardoor onze endorfinen daar niet meer kunnen aandokken). We worden dus ‘beloond’, zonder daarvoor een significante inspanning te leveren. Het enige wat we hoeven doen, is brood blijven eten…
“We worden beloond voor wat we lekker vinden. Maar wat we lekker vinden is zeker niet altijd goed voor ons. Is het moeilijk om ermee te stoppen? Dan is dat sowieso een signaal dat we op de verkeerde weg zitten. Oók als er verder nog geen aantoonbare klachten zijn”
Een exorfine overbelasting kan ontstaan door (hoge) consumptie van:
1. tarwe, met veel meer gluten dan vroeger: onze moderne tarwe bevat niet alleen veel meer gluten maar ook een andere glutensoort die onze darm veel zwaarder belast: gliadine.
2. melk, met caseïne, maar in een andere vorm dan vroeger: Oudere koeienrassen (zoals ook die van de gezonde Masai) bevatten de Alpha s2-caseïne, moderne Europese (Holstein Friesian) koeien leveren melk met caseïne A1. De A2 melk geeft geen exorfinen, de A1 melk juist wel.
3. Soja en spinazie. Door onze hoge soja-inname, ook vanwege het feit dat het aan dieren gevoerd wordt, krijgen we veel meer exorfinen binnen dan vroeger.
Welke symptomen zien we bij een te hoge belasting aan exorfinen?
• Autisme, ADHD, ADD, overgevoeligheid voor allerlei prikkels, eetstoornissen, verslavingen, angsten, schizofrenie, dwangmatig (eet) gedrag, post-partum psychose, verhoogde stressgevoeligheid etc.
• Brain fog
• Chronische vermoeidheid
• Depressies
• Burn out en stress
• Overgevoeligheid voor geuren en aanraking van de huid
• Zeer snel last van maagzuur
• Vruchtbaarheidsproblemen
• Te trage schildklierfunctie
• (pseudo)allergieën door teveel histamine-aanmaak
• Verder is endorfine betrokken bij allerhande processen; kanker, stressweerstand, neurogenese, celherstel, het opruimen van oxidatieve stress, vruchtbaarheid, anti-aging, pijnmodulatie, zintuiglijke prikkels, motoriek, geheugen, hechting en socialisatie.
Laboratorium onderzoek
Er zijn goede laboratoriumtesten beschikbaar om exorfinebelasting aan te tonen. Via zo’n test kan worden uitgezocht of je overgevoelig bent voor gluten, de caseïne uit melk of de exorfinen uit soja of wellicht voor al deze stoffen. Uiteraard kun je ook eens een maand alle gluten, melk, soja, spinazie en schimmelproducten uit je voeding schrappen en daarna beoordelen wat er veranderd is.
In exorfinen onderzoek worden gemeten:
• B casomorphinen
• Gliadorphinen
• Gluten exorphinen
• Dermorphinen
• Deltorphinen
• Rubisculin
• Soy morphinen
De casomorfinen komen voor in caseine in zuivelproducten.
De gliadorfinen en gluten exorfinen in gluten houdende producten zoals brood, koekjes, pasta, pakjes en zakjes.
Deltorphin 1 is een exorfine van microbiële oorsprong, die 20 keer sterker is dan exorfinen van voeding. Men weet nog niet welke bacterie deltorphin aanmaakt. Wel weten we dat de aanmaak gebeurt in de mitochondria (de energiefabriekjes van onze cellen) en dat toediening van deltorphin aan gezonde proefpersonen vermoeidheid en stressproblemen veroorzaakt.
Rubiscolin is een (zwakke) exorfine van spinazie.
Wil jij weten of je problemen wellicht voortkomen uit een exorfinen overbelasting, vraag dan deze zelftest aan en je krijgt het antwoord!
Uiteraard eet je gevarieerd 2-3 weken voor het afnemen van het monster, dus ook gluten en zuivel, soja en spinazie!